Het fonds behaalde in mei een rendement van 6,53%. De aandelenmarkten, die in maart en april wisselvallig waren, herstelden zich deze maand sterk. Er zat vooruitgang in de handelsbesprekingen tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie en met China. Dat verminderde de vrees voor een recessie. Daarnaast ondersteunden de verwachtingen voor fiscale steun en de opwaartse bijstellingen van de winstcijfers van bedrijven het beleggerssentiment. De koersen van kleine en middelgrote ondernemingen stegen harder dan die van grote bedrijven. Cyclische sectoren zoals industrie (+9,9%) presteerden duidelijk beter dan defensieve sectoren zoals communicatiediensten (+3,3%) en consumentengoederen (+3,4%).
De Europese macro-economische data blijven gemengd. De inkoopmanagersindex van de eurozone daalde volgens voorlopige ramingen van 50,4 in april naar 49,5. Een daling onder de 50 geeft over het algemeen aan dat de economische activiteit van expansie naar krimp is overgegaan. De Europese Commissie verlaagde haar prognose voor de economische groei in 2025 van 1,3% naar 0,9%. De Duitse economie groeide echter in het eerste kwartaal met 0,4%, het dubbele van de aanvankelijke raming. In het Verenigd Koninkrijk verbeterden de detailhandelsverkopen en het consumentenvertrouwen.
De Europese Centrale Bank (ECB) hield haar rentetarief ongewijzigd op 2,25%, na een verlaging met 25 basispunten in april. Tijdens haar persconferentie op 9 mei erkende ECB-president Christine Lagarde de noodzaak om voorzichtig te blijven. Zij benadrukte dat, hoewel de inflatie afneemt, de economie kwetsbaar is voor externe schokken, vooral de handelsspanningen met de Verenigde Staten.