
Het minimumloon in sectoren als kleding, elektronica en voeding is vaak niet genoeg om van te leven. Dat geldt in het bijzonder voor productiemedewerkers bij de toeleveranciers van bedrijven in deze sectoren. De ASN Beleggingsfondsen beleggen in de kledingsector. Daardoor is leefbaar loon in de kledingindustrie een van de ernstigste mensenrechtenrisico’s voor de Volksbank en ASN Bank. Wij willen maximaal druk uitoefenen op de kledingsector om ons langetermijndoel voor mensenrechten te behalen:
De kledingsector heeft in 2030 alle benodigde processen geïmplementeerd om een leefbaar loon voor werknemers in zijn keten mogelijk te maken.
Het belang van leefbaar loon
Met een leefbaar loon kunnen productiemedewerkers voorzien in de basisbehoeften van zichzelf en hun gezin. Dit houdt in: voeding, kleding, huisvesting, onderwijs en zorg. Daarnaast kunnen ze zo’n 10% van het loon sparen voor onvoorziene kosten. De hoogte van dit leefbare loon verschilt van land tot land. De invoering van een leefbaar loon helpt om de levensstandaard van arbeiders en hun gezin te verhogen. Vaak is het bovendien een katalysator om andere arbeidsomstandigheden te verbeteren. Zo neemt de kans op kinderarbeid af als de ouders van een gezin genoeg verdienen.
Welke bedrijven?
Bij het streven naar leefbaar loon leggen we de focus op de kledingbedrijven die op 1 april 2016 waren goedgekeurd voor het ASN Beleggingsuniversum. Inmiddels zijn Gap en Nike afgekeurd omdat zij niet meer voldoen aan andere criteria van het duurzaamheidsbeleid. We zetten de dialoog over leefbaar loon met deze bedrijven wel voort. Dat betekent dat we ons richten op de volgende veertien bedrijven: Adidas, Amer Sports, Asics, Asos, Esprit, Gap, Gildan Activewear, H&M, Inditex, KappAhl, Lojas Renner, Marks & Spencer, Nike en Puma.
Uitvoering van het doel
Bij de introductie van ons langetermijndoel in 2016 ontwikkelden we een methodiek om te meten hoe ver de kledingbedrijven zijn met het invoeren van een leefbaar loon. Op basis daarvan voerden we de eerste gesprekken met kledingbedrijven over leefbaar loon. Sinds 2018 baseren we onze methodiek (pdf) op de Guiding Principles on Business and Human Rights van de Verenigde Naties en het bijbehorende Reporting Framework. Deze richtlijnen zijn wereldwijd erkend als gezaghebbend richtsnoer waarmee bedrijven laten zien hoe ze de belangrijkste mensenrechtenkwesties aanpakken. Doordat zowel de bedrijven als wij van deze richtlijnen uitgaan, kunnen we doelgerichter met de bedrijven in gesprek. Het internationale accountantsbureau Mazars, dat het Reporting Framework mede heeft opgesteld, hielp ons de kledingbedrijven scherper langs de meetlat te leggen. De specialisten van Mazars hebben een onafhankelijke waarborg gegeven op onze meting.
Rapport 2018 en engagement
De eerste metingen die we deden, gingen vooral om de vraag: heeft het bedrijf beleid voor leefbaar loon? Met behulp van de vernieuwde methodiek hebben we ook de praktijk beoordeeld. We beantwoordden voor elk bedrijf acht vragen. Bijvoorbeeld: In hoeverre integreert het bedrijf zijn beleid voor leefbaar loon in de bedrijfsvoering? Wat is de impact ervan op de textielwerkers? Hoe transparant is het bedrijf erover? De antwoorden leidden tot de indeling van elk bedrijf in een van vier categorieën: van embryonic (het bedrijf doet niet of nauwelijks iets aan leefbaar loon) via developing en maturing naar leading (leidend). De meeste bedrijven bevonden zich in 2018 in de middelste twee categorieën.

De uitkomsten zijn verschenen in het Living Wage Report 2018 (pdf). Zij bieden handvatten voor de dialoog met kledingbedrijven over de vraag hoe zij verbeteringen kunnen doorvoeren. Doordat we een analyse maken die diep ingaat op het arbeidsrecht leefbaar loon, kunnen we doeltreffend en gericht met bedrijven in gesprek gaan – ofwel engagement voeren. Wij spreken gemiddeld een tot anderhalf uur met verschillende medewerkers van een bedrijf: van specialisten op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen tot inkopers en soms externe experts die het bedrijf adviseren. De onderzoeksresultaten vormen een goede basis voor diepgaande discussies, ook over de ambities van bedrijven voor de toekomst. Naar aanleiding van het rapport en de individuele beoordelingen per bedrijf hebben we met bijna alle veertien bedrijven gesproken. In 2019 staan er nog enkele gesprekken gepland.
Plannen voor 2019
In 2019 beoordelen we de bedrijven opnieuw en bespreken de uitkomsten met hen. Ons doel is een zodanige vertrouwensband op te bouwen dat de bedrijven open staan voor onze suggesties en kritiekpunten. Daarom verschijnen de scores van de individuele bedrijven niet in het rapport, dat verder wel openbaar is. Samen met de andere financiële instellingen in het Platform Living Wage Financials blijven we de bedrijven kritisch volgen en hun vooruitgang monitoren.
Bevindingen delen
We vinden het belangrijk onze bevindingen zoveel mogelijk te delen, zodat andere bedrijven ons voorbeeld kunnen volgen. Daarom hebben we ons werk toegelicht tijdens de internationale conferentie van de OESO januari in Parijs (OECD Forum on Due Diligence in the Garment and Footwear Sector). Ook waren we aanwezig bij het jaarlijkse forum van de Verenigde Naties over bedrijfsleven en mensenrechten in Genève. Dit trekt elk jaar meer internationale deelnemers, in 2018 meer dan drieduizend. Onze mensenrechtenadviseur sprak in een panel over hoe beleggende financiële instellingen succesvol de dialoog met bedrijven kunnen aangaan.
Platform Living Wage Financials
ASN Bank, Triodos IM en pensioenverzekeraar MN werken sinds 2016 als eerste financiële instellingen samen aan leefbaar loon. Op initiatief van ASN Bank zijn wij in 2018 over dit onderwerp in gesprek gegaan met andere financiële instellingen in Nederland. Dit heeft geleid tot de oprichting van het Platform Living Wage Financials (PLWF). Dit werd in september met succes gelanceerd tijdens een conferentie bij MN in aanwezigheid van ruim tachtig vertegenwoordigers van de financiële instellingen, ngo’s en kledingbedrijven.
Naast de oprichters ASN Bank, Triodos IM en MN zijn a.s.r., ING, Achmea IM, NN IP, Robeco, Kempen en de Franse vermogensbeheerder Amundi Asset Management aangesloten. Samen vertegenwoordigen zij ruim € 2 biljoen aan vermogen onder beheer. Ondersteunende partijen zijn ABN AMRO en de pensioenfondsen MITT, PME en PMT. Doel is nog meer grote banken en (pensioen)verzekeraars te betrekken bij het platform, om samen metingen uit te voeren, kledingbedrijven te benaderen en de doelstelling uit te breiden naar andere sectoren. Zo kunnen financials het sociale aspect van duurzaamheid vormgeven.
Samenwerking met Fair Wear Foundation
We werken nauw samen met maatschappelijke partners die onze visie delen. Op het gebied van leefbaar loon is dat Fair Wear Foundation. Deze organisatie werkt samen met kledingmerken en invloedrijke partijen in de kledingindustrie aan verbetering van de arbeidsomstandigheden in deze sector. Sinds 2018 helpt Fair Wear Foundation ons bij de realisatie van het langetermijndoel voor leefbaar loon. Zij geeft onafhankelijk advies, doet onderzoek en geeft trainingen. Daarnaast checkt Fair Wear Foundation de stappen die bedrijven zetten via fabriekscontroles, lokale klachtenlijnen en brand performance checks: onafhankelijke onderzoeken naar de inspanningen van een kledingmerk om arbeidsvoorwaarden bij (toe)leveranciers te verbeteren.
Lees verder over onze andere maatschappelijke partners